Financieel verslag 2020

Resultaat / baten

(Bedragen x EUR 1)

Vanwege de Corona-pandemie die begin 2020 uitbrak, is in de zomer een aanzienlijk deel van de reguliere evenementen- en sportprogrammering bij de publieke omroep weggevallen. BNNVARA heeft hiervoor in de plaats in 2020 veel alternatieve content kunnen leveren. Daarnaast heeft BNNVARA in 2020 een groot deel van de programmavoorraad, die in 2019 opgebouwd is, kunnen verspreiden. Dit zijn de belangrijkste twee redenen waardoor er in 2020 hogere baten gerealiseerd zijn dan in 2019.

De baten van BNNVARA waren in 2020 met een omvang van EUR 113,3M 7,3% hoger dan in 2019. De omvang van de baten op het platform TV steeg met 9,4M en de baten op Overig media-aanbod stegen met EUR 900K. De baten van de Radio daalden vanwege wijzigingen in de programmering met 600K en de vergoeding van Organisatiekosten is in 2020 met 50K gedaald.

De opbrengsten uit nevenactiviteiten (inclusief de opbrengst programmabladen) zijn in 2020 met 15% gedaald. De opbrengst uit programmabladen is met 814K gedaald vanwege de doorzettende dalende trend op de printmarkt. De opbrengst overige nevenactiviteiten is in 2020 met 936K gedaald. In 2019 waren er meer incidentele baten dan in 2020 en in 2020 zijn ook evenementen vervallen vanwege de pandemie.
Naast de natuurlijke uitstroom zijn in 2020 de ledenwerfactiviteiten ook geraakt door het wegvallen van evenementen en uitzendingen met publiek. De opbrengst uit verenigingsactiviteiten laat een daling zien van 4% ten opzichte van 2019 en komt in 2020 uit op 2,7M.

Het bedrijfsresultaat kwam in 2020 uit op EUR -176K en het financieel resultaat was EUR 1.613K positief. In 2020 komt BNNVARA daarmee uit op een positief resultaat uit bedrijfsvoering  van EUR 1.437K.
Na aftrek van de vennootschapsbelasting (EUR 14K) is er een bedrag van EUR 1.422K toegevoegd aan de Overgedragen Reserve voor Media-aanbod waardoor het exploitatiesaldo op nul eindigt.

Eigen Bijdrage

Het resultaat uit de neven- en verenigingsactiviteiten bedraagt in 2020 EUR 5.861K. Daarnaast is er sprake van een negatief resultaat op de organisatiekosten van EUR 54K. Op de hoofdtaak is EUR 4.385K ingezet en het restant is toegevoegd aan de ORMA. Per platform bedroeg de inzet eigen bijdrage:

Televisie EUR 3.518K
Overig media-aanbod EUR 995K
Op het platform Radio was er sprake van een meevaller van 128K.

Organisatiekosten

De organisatiekostenvergoeding bedraagt in 2020 EUR 13.264K en is vanwege een bezuiniging ten opzichte van 2019 0,4% lager. Het exploitatiesaldo op organisatiekosten vertoonde een tekort van EUR 54K.

Personeel

Ultimo 2020 bedroeg de personele formatie 446,0 hetgeen 5,1% lager is dan 2019 (470,2 FTE). De gemiddelde formatie was in 2020 overigens 9 FTE hoger. De kosten voor lonen en salarissen zijn in 2020 met een bedrag van EUR 256K gestegen.
Over de periode 1 januari 2019 t/m 31 december 2021 is een nieuwe CAO afgesloten. Per 1 januari 2020 zijn de salarissen verhoogd met 2,6% en per 1 juli 2020 zijn de salarissen met 1% verhoogd. Deze verhogingen zijn in november 2020 nabetaald aan het personeel en in het resultaat verwerkt. Per 1 april 2021 zal er een wederom een indexering van de salarissen plaatsvinden met 1,4%.

In 2020 waren er geen medewerkers werkzaam in het buitenland.

Liquiditeit/Voorraad

Ultimo 2019 stond er een grote programmavoorraad op de balans van BNNVARA. Smeris, Oogappels, Klem, First Dates en Dertigers zijn grote producties die voor 2020 in productie waren genomen en in 2020 zijn uitgezonden.

De omvang van de voorraad is hierdoor met 10M afgenomen ten opzichte van 2019. Om die reden was het niet nodig de kredietruimte in rekening-courant op te vragen.

De grootste producties in de voorraad per 31-12-2020 zijn onder andere 4 Handen Op Een Buik, Red Light District en Thuisfront.

Reserve/Eigen vermogen

Het eigen vermogen van BNNVARA bedroeg per 31 december 2020 EUR 41.841K. Op het balanstotaal van EUR 65.132K bedroeg de solvabiliteit van BNNVARA 64,2%. Naar het oordeel van het bestuur is BNNVARA goed in staat om aan alle financiële verplichtingen op lange termijn te kunnen blijven voldoen. Continuïteitsrisico’s worden dan ook als verwaarloosbaar klein beschouwd.

Dankzij het eigen vermogen is BNNVARA in staat om o.a. financiële vaste activa en onroerend goed zonder vreemd vermogen aan te kunnen houden. Deze activa genereren, naast de neven-& verenigingsactiviteiten, extra inkomsten en vormen daarmee een cruciale pijler bij BNNVARA voor het kunnen voeren van een verantwoorde en gezonde bedrijfsvoering. De extra inkomsten uit deze activa zet BNNVARA in als extra eigen bijdrage voor de programmering. Daarnaast stellen deze activa BNNVARA ook in staat om de voorraad deels zelf en deels via gunstige leningsvoorwaarden te kunnen (voor)financieren.

De Reserve Media-aanbod (RMA) is vanwege een bindende NPO-regeling voor BNNVARA met ingang van 1 januari 2016 gemaximeerd op EUR 5.500K. De RMA bedroeg per 31-12-2019 reeds EUR 5.500K, waardoor het positieve exploitatieresultaat over 2020 van EUR 1.422K aan de overgedragen reserve voor media-aanbod (ORMA) is toegevoegd.

Aan de reserve voor koersverschillen beleggingen is in 2020 503K onttrokken en dit verklaart volledig de daling van het eigen vermogen per ultimo 2020. Het waarde verloop van de portefeuille vertoonde vanwege de pandemie een grillig verloop. Dankzij de reserve koersverschillen beleggingen heeft BNNVARA de koersschommelingen op de beurs adequaat op kunnen vangen en heeft de pandemie geen impact gehad op het financieel resultaat.

Het eigen vermogen bedroeg EUR 41.841K per 31-12-2020 (2019: EUR 42.344K).

Beleggingsportefeuille

Het beursklimaat vertoonde vanwege de pandemie in 2020 een volatiel beeld. In februari 2020 daalde de waarde van de portefeuille met ruim 2% en in maart 2020 met nog eens ruim 6%. Vanaf april 2020 herstelde de beurs en is er uiteindelijk op de portefeuille een jaarrendement gemaakt van 3,14%. De dalingen hebben we in 2020 volledig kunnen opvangen door de reserve koersverschillen beleggingen.
In 2020 was BNNVARA voor bijna EUR 10M belegd in een obligatiefonds dat door de beheerder Kempen in de loop van 2020 werd opgeheven vanwege de onaantrekkelijke kostenstructuur. BNNVARA was derhalve genoodzaakt de positie in te ruilen voor een nieuw obligatiefonds en boekwinst te nemen op deze positie van ruim 9M.

In de exploitatierekening is voor EUR 1.651K verantwoord onder de post Rentebaten en inkomsten uit beleggingen en is het financieel resultaat daarmee EUR 706K hoger dan in 2019.

De portefeuille is met uitzondering van het verpande deel direct opvraagbaar en geeft op korte termijn geen liquiditeits- en kasstroomrisico’s. Er zijn geen dotaties of onttrekkingen gedaan in 2020 en het beleggingsbeleid is niet herzien.

Verenigingsinkomsten

De peildatum voor de ledentelling is door het Ministerie van OC&W vastgesteld op 31-12-2020. In 2020 is er door de vereniging de focus verlegd van werving naar loyaliteit en kwaliteit van het ledenbestand. De netto uitstroom van leden blijft in 2020 hoger dan de instroom. Het totaal aantal leden is gedaald met 7% naar een niveau van 407.000 leden (2019: 435.000 leden).

In 2021 heeft de ledentelling plaatsgevonden met de peildatum 31-12-2020 ten behoeve van de aanvraag voor de nieuwe concessieperiode (2022-2026).

Financiering

De succesvolle intekening in 2019 zorgde vanwege de voorfinanciering van de programmavoorraad voor momenten van krapte in de liquiditeit.
Om te voorkomen dat hiervoor een deel van de beleggingsportefeuille kortstondig aangesproken moest worden, heeft BNNVARA begin 2020 de bestaande leenfaciliteit met Van Lanschot Bankiers verruimd.

De nieuwe faciliteit behelst een dagelijks opvraagbare en aflosbare lening van maximaal EUR 8.000K zonder aflossingsverplichting.

De lening wordt opgevraagd op de momenten dat de liquiditeit tekortschiet. Op het moment van opvragen loopt BNNVARA over dat deel een renterisico. Mocht de variabele rente op gaan lopen dan kan BNNVARA altijd besluiten de liquiditeit op peil te houden door de beleggingsportefeuille aan te spreken. In die zin loopt BNNVARA maar in beperkte mate een renterisico.

Doordat bijna alle leveranciers in de eurozone gevestigd zijn, loopt BNNVARA in beperkte mate valutarisico’s.

Voorzieningen

De verplichting uit de overgangsregeling van het pensioenreglement is ultimo 2020 overgenomen door het pensioenfonds PNO. De verplichting is afgestort waardoor de voorziening per 31-12-2020 op nul staat.

In 2020 heeft er een vrijval plaatsgevonden op de voorziening groot onderhoud omdat de beoogde vervanging van vloertegels nog niet noodzakelijk bleek te zijn. De voorziening voor groot onderhoud gebouwen bleek verder van adequate omvang te zijn geweest.

In 2020 is er voor EUR 4K aan jubileumuitkeringen uitgekeerd. De omvang van de voorziening is gestegen naar EUR 1.125K.

De voorziening loopbaantraject is op het niveau van het aantal personeelsleden dat op 31-12-2020 bij BNNVARA in dienst was. Voor elk personeelslid is EUR 1K beschikbaar.

Overgedragen Reserve Voor media-aanbod (ORMA)

In 2020 heeft BNNVARA  een niet beoogd positief resultaat uit bedrijfsvoering gerealiseerd en daardoor Overgedragen Reserve Voor Media-aanbod (ORMA) opgebouwd. De belangrijkste redenen van dit positieve resultaat zijn de resultaten uit de beleggingsportefeuille, meevallers op onze nevenactiviteiten en de Corona/Covid19-pandemie. 

BNNVARA heeft vanwege een niet geplande wisseling in de beleggingsportefeuille een aanzienlijk beter financieel resultaat geboekt omdat een fonds met een aanzienlijk bedrag aan ongerealiseerd resultaat ophield te bestaan en er winst genomen is op de verkooptransactie. Op onze nevenactiviteiten hadden we een beter resultaat op de salesactiviteiten (o.a. Sekam).

Daarnaast heeft BNNVARA, hoe paradoxaal dat ook lijkt, vanwege de Corona-pandemie ook op bepaalde activiteiten minder kosten en hogere opbrengsten gehad dan begroot in 2020:

De streamingdienst NPO Plus heeft bijvoorbeeld het aantal abonnees in 2020 aanzienlijk zien groeien vanwege de pandemie. BNNVARA is voor NPO Plus een belangrijke leverancier van content. Onze portefeuille aan drama en human interest programma’s worden via deze dienst goed bekeken waardoor BNNVARA een belangrijke deel van de totale aantal kijkminuten levert en daarmee ook hogere opbrengsten realiseert. 

Verder is vanwege de pandemie ook een aantal kosten lager uitgevallen. De schoonmaakkosten en het verbruik van koffie en printpapier zijn voorbeelden van kosten die een stuk lager waren dan begroot. Tevens is BNNVARA sinds mei 2020 gestopt met het vast vergoeden van de reiskosten en werd het woon-werkverkeer dat nog plaatsvond, vergoed op declaratiebasis.

Daarnaast  zijn er meevallers gerealiseerd in de eigen bijdrage (EB): een aantal titels waarop in 2020 EB was begroot, konden productioneel niet in 2020 geleverd worden en zijn doorgeschoven naar 2021. In 2020 valt dan de begrote EB weer vrij in het resultaat en dit bedrag wordt opnieuw in 2021 ingezet. 

Over de frictiekosten vanwege de pandemie is in 2020 lange tijd onzekerheid geweest of en in welke mate deze kosten vergoed zouden worden. Vanuit prudent financieel beleid heeft BNNVARA voor de opvang van alle frictiekosten eigen bijdrage gealloceerd. Per brief van 8 december 2020 van de NPO werd pas definitief duidelijk dat BNNVARA 520K aan frictiekostenvergoeding uit de omroep-brede middelen zou ontvangen. Op dat moment kwam dit bedrag aan EB weer beschikbaar en kon dat niet meer ingezet worden in de programmering. Dit deel van de EB is derhalve in het boekjaar 2020 vrijgevallen ten gunste van het resultaat. 

Voor 2021 zal de in 2020 opgebouwde ORMA weer ingezet worden in het media-aanbod van BNNVARA en is daarover in overleg met de NPO.

Covid-19 en frictiekosten

De financiële impact vanwege de Covid-19 pandemie is in 2020 zoals verwacht zeer beperkt gebleven. Voor het media-productieproces werd BNNVARA geconfronteerd met extra kosten vanwege de genomen voorzorgs- en veiligheidsmaatregelen zoals opgesteld door het RIVM en in aanvullende protocollen die voor de gehele AV-sector zijn opgesteld.
Voorts had de pandemie impact op de geplande buitenlandse reizen die niet konden doorgaan of doordat binnenlandse locaties niet meer toegankelijk waren voor BNNVARA. Programmaformats zijn aangepast of uitgesteld en de productie liep in een aantal gevallen vertraging op.
Voor de eigen producties heeft BNNVARA van de NPO een frictievergoeding ontvangen van EUR 520K. Deze vergoeding is verantwoord onder de baten voor televisie.

Op de huisvesting bleef de omvang van de extra kosten zeer beperkt. Er zijn extra kosten gemaakt voor het inrichten van het pand conform de RIVM-richtlijnen waardoor het aantal werkplekken is verminderd, er zijn spatschermen geplaatst en er zijn ontsmettingsmiddelen beschikbaar gesteld. Verder is het schoonmaakprotocol aangepast en zijn er luchtkwaliteitsmetingen uitgevoerd en is er een schouw geweest van de kantoorpanden door de arbodienst.
Aangezien er een strikt thuiswerkbeleid is gevoerd vielen er ook facilitaire kosten weg zoals koffie-, thee- en papierverbruik. De extra huisvestingkosten konden hierdoor gedekt worden binnen de lopende reguliere begroting.

Vooruitblik 2021

Het jaar 2021 is het laatste jaar binnen de huidige concessieperiode. Vanaf 2022 zal het publieke bestel er anders uitzien door mogelijke nieuwkomers in het bestel en een prominentere plek voor de huidige aspirant omroepen (WNL, Powned en Human) waardoor BNNVARA minder garantiebudget zal krijgen. Dit heeft mogelijk ook impact op de vergoeding van organisatiekosten vanaf 2022. Het jaar 2021 zal daarom in het teken staan van voorbereidingen op de gewijzigde budgetverhoudingen.
Voor 2021 is door de NPO het budget aangevraagd met een index van 1,7%. Er is tevens besloten om de vergoeding op organisatiekosten te indexeren met 1%. Hierdoor zal er krapte blijven tussen deze de vergoeding en de kostenontwikkeling.

In 2021 is de beleidslijn verdeling budget NPO voor de versterking van het media-aanbod van de landelijke Publieke Mediadienst vervallen waardoor BNNVARA geen aanspraak meer kan maken op een extra garantie voor fusie-omroepen. De toekenningen aan BNNVARA voor 2021 zijn inmiddels al van een dermate ruime omvang dat we ver boven het garantiebudget uit zullen komen.
Vanaf 2022 is de situatie wel onzeker omdat nieuwe budgetverhoudingen tussen de omroepen en het mogelijk toetreden van nieuwe aspiranten ertoe zal leiden dat BNNVARA in 2022 mogelijk geconfronteerd zal worden met een lager budget.

De OCW-begroting voor de publieke omroep wordt gefinancierd uit een deel rijksbijdrage en een deel STER-inkomsten. De STER-inkomsten zullen , in tegenstelling tot eerdere plannen, een onderdeel blijven van de OCW-begroting en niet rechtstreeks aan de publieke omroep worden uitgekeerd. Dit zorgt voor stabiele financiering voor de publieke omroep.

Omroep Zwart heeft als aspirant-omroep een erkenningsaanvraag ingediend bij het CvdM. BNNVARA heeft met deze nieuwe aspirant een intentieverklaring gesloten om deze omroep organisatorisch te ondersteunen. Gezien de omvang van een aspirant omroep zal de financiële impact van deze ondersteuning niet materieel zijn.

De ingezette investeringen op het gebied van digitale innovatie, marketing en een integrale benadering bij het ontwikkelen en produceren van onze content zullen in 2021 voortgezet worden.

Vooruitblik RTVD

In maart 2020 is het succesvolle DWDD gestopt. Het nieuw ontwikkelde programma De Vooravond met Fidan Ekiz en Renze Klamer heeft inmiddels die plek deels ingevuld en zal ook in 2021 gemaakt worden. In 2021 zal BNNVARA ook een bijdrage blijven leveren aan Op1, dat in de gezamenlijkheid wordt gemaakt. De intekening 2021 verloopt goed waardoor BNNVARA een belangrijke speler blijft binnen de publieke omroep.

Vooruitblik Exploitatie

De verwachting is dat de abonneestand een verdere daling zal vertonen. In 2021 zal worden ingezet op loyaliteit en mogelijke nieuwe proposities voor de gids-abonnees.

In 2021 zal de exploitatie-afdeling zich richten op verdere uitbouw van de programma-exploitatie door een actieve rol te spelen op de markt van formats.

Vooruitblik Vereniging BNNVARA

De BPPO-norm is gekoppeld aan de WNT-norm en deze norm wordt jaarlijks geïndexeerd. De BPPO-bijdrage uit de vereniging zal in 2021 verder dalen omdat er nog 1 lopende uitzondering bestaat bij wie de beloning niet meer zal stijgen en er geen nieuwe uitzonderingen meer bij kunnen komen.
Hierdoor zal de BPPO-bijdrage uit de vereniging niet meer kunnen stijgen en uiteindelijk op nul uitkomen.

In 2021 zullen de inkomsten van de vereniging verder dalen door het teruglopende ledenbestand. BNNVARA zal zich in 2021 richten op duurzamere relaties met de leden door nieuwe ledenproposities te ontwikkelen waarbij de waarde van het lidmaatschap van BNNVARA kwalitatief goed wordt ingevuld.